INTERESSANTE FIGUREN.

GENERATIE 43.

A4096. Radboud IV van Friesland 798 / ???

A7296. Widukind van Saksen 743 / 807 

BINNENKORT MEER.

RELIKWIEËN

BB45. Judith Fausta van Normandie (van Vlaanderen) 1028 / 5-3-1094 Judith kreeg op het sterfbed van haar stiefvader, Boudewijn V van Vlaanderen, in 1067 een kostbaar relikwie, die volgens de legende een paar met aarde van Golghota vermengde bloeddruppels van Jezus bevatte. De bloeddruppels zouden opgevangen zijn door een Romeinse soldaat, later bekend als de heilige Longinus. Samen met zijn gebeente kwam de relikwie naar Mantua en de paus en de keizer kregen elk een druppel. Keizer Hendrik III gaf in 1056 de relikwie door aan Boudewijn V die hem op zijn sterfbed toevertrouwde aan Judith. Bij haar dood in 1094 liet ze de relikwie na aan de benedictijnen van de abdij Weingarten. Op de dag na Hemelvaart wordt de relikwie nog steeds in een ruiterprocessie rondgereden. Deze Bluttrit is de grootste ruiterprocessie ter wereld met enkele duizenden deelnemers (allemaal mannen in rokkostuum met hoge hoed), vele muziekkapellen en tienduizenden toeschouwers. De Bluttrit werd al in de 16e eeuw als een oude traditie vermeld. Blutritt in Weingarten 2019 - YouTube IMPRESSIE BLUTRITT 2019.  

DE VIJF KEIZERS VAN HET ROMEINSE RIJK.

A5.275.714. Flavius petronius  maximus iv van rome (17 maart tot22 mei 455) VERMOORD DOOR ZIJN EIGEN TROEPEN.

C18. Marcus Aurelius Probus van Rome (Keizer van augustus 276 tot de herfst van 282) VERMOORD DOOR ZIJN EIGEN TROEPEN.

C38. Marcus Antonius Gordianus Pius Gordianus III Van Rome. ( Romeins keizer van 238 tot 244) GESNEUVELD IN DE STRJD.

C74. Marcus Clodius Pupienus Maximus van Rome (Romeins keizer van 22 april tot 29 juli 238)  VERMOORD.

C154. Gordianus I (Keizer in maart en april 238) ZELFMOORD.

KEIZERS VAN HET HEILIGE ROOMSE RIJK. 

B24.608 Karel de Grote (25 december (800 / 28 januari 814), keizerskroning 25 december te Rome door paus Leo III.

B12.304 Lodewijk I "de vrome" der, Franken (816 / 840), keizerskroning te Reims door paus Stefanus IV.

AA50. Koenraad II "de Salier". 990/4-6-1039 (keizer 1027 / 4-6-1039).

BB84. Keizer Hendrik III 28-10-1017/5-10-1056 (keizer 1046 / 5-10-1056).

BB42. Hendrik IV (Canossa) van het heilige roomse rijk Goslar 11-11-1050/Luik 7-8-1106. (keizer 1084 / 1105).

(KRUIS)RIDDERS.

Negende Kruistocht 1271 / 1272 Levant Jeruzalem  

550.241.824. Boudewijn I "de dappere" van Bentheim, graaf van Bentheim, burggraaf van Bentheim. 1180 / 1248 5de

A1. Otto I (IV) van Bentheim Graaf van Benthem, Burggraaf van Utrecht en Burggraaf van Coevorden 1143 / ???? 3de

B1. Walram IV van Limburg, Hertog van Limburg, graaf van Luxemburg 1170/1226 3de

B2. Hendrik III van Limburg, Graaf van Aarlen, Hertog van Limburg 1138/1221 3de

HEILIGEN. 

BB97. Richeza van Lotharingen (1000 / 21-3-1063). Richeza werd heilig verklaard vanwege haar grote schenkingen aan de kerk en omdat ze een groot aantal kerken bouwde. De Nicolaas- en Gertrudis kerken in Keulen, Klotten, Brauweiler, Saalfeld, Bonn en Essen, zijn door haar gesticht. naamdag 21 Maart.

AA19. Ida de Boulogne (1040 / 13-4-1113). Ida (ook Juditha) van Boulogne (ook van Bolen, van Bonen, van Bouillon of van Lotharingen), van Verdun. Bayeux, Frankrijk; weduwe; † 1113. Zij werd rond het jaar 1040 geboren in het stadje Bouillon als dochter van hertog Godfried IV van Lotharingen. Ze huwde met Eustachius II en zou de moeder worden van de hertogen Godfried en Boudewijn I van Bouillon, die zich allebei verdienstelijk hebben gemaakt tijdens de eerste kruistocht (1098); zij werden resp. in 1099 en 1100 tot koning van Jeruzalem gekroond. Haar geestelijk leidsman was de heilige Anselmus († 1109; feest 21 april), destijds abt van klooster Bec in Normandië. Ook na zijn benoeming tot aartsbisschop van Canterbury aan de overkant van Het Kanaal bleef zij briefcontact met hem onderhouden. Na de dood van haar man in ca 1070 schonk ze haar bezittingen weg aan verscheidene kerken en kloosters in Vlaanderen, Picardië en Artois (Noord-West-Frankrijk). Zelf werd zij benedictines-oblaat onder de abdij van St-Vaast in Arras. Ze vervaardige het liefst kunstzinnig versierde liturgische gewaden. Zij stierf in Arras. Daar werd ze ook begraven. Relieken van haar bevinden zich in Bayeux. Naamdag 13 april.

A38. Olaf II Haroldsson van Noorwegen 9(95 / 29-7-1030). Naamdag 29 juli. LATER MEER.

AA69. Emma van Lesum of Emma van Stiepel (ca. 975/980 – 3 December 1038). was een volksheilige die vereerd werd om haar goede werken. Emma stamde uit de adellijke Saksische familie  de Immedingen, vermoedelijk afstammelingen van Widukind. Emma was waarschijnlijk de zuster van Meinwerk, bisschop van Paderborn, en daarmee de dochter van graaf Immed IV uit het bisdom Utrecht en Adela van Hamaland. Emma huwde met Liudger, zoon van de Saksische hertog Herman Billung en broer van Bernhard I van Saksen. Keizer Otto III schonk graaf Liudger in 1001 een hof in Stiepel (thans Bochum-Stiepel) in zijn ambtsgebied in de gouw Westfalen. Emma schonk deze hof later aan de kerk van Bremen. Volgens een vervalste oorkonde zou Emma in 1008 de kerk van Stiepel hebben gesticht, gewijd aan de Maagd Maria. Na de dood van haar echtgenoot trok Emma zich terug op haar landgoed in Lesum (thans Bremen-Burglesum) en steunde de kathedraal van Bremen, waar haar verwant Unwan aartsbisschop was. Zij schonk het kathedraal-kapittel haar eigendom en kerk in Stiepel. Zij stichtte vele kerken in de omgeving van Bremen en was bezorgd om de armen. Volgens sommige historici was Imad, bisschop van Paderborn in 1051, een kind van Emma en Liudger. Volgens Adam van Bremen had Emma in elk geval een dochter; haar naam is echter niet bekend. Emma werd als heilige vereerd, zonder dat er aanwijzingen zijn voor een formele zalig- of heiligverklaring. Zij werd begraven in de kathedraal van Bremen. Haar feestdag is op 3 december en volgens sommige bronnen op 19 april. Toen haar graftombe geopend werd, was haar lichaam tot stof vergaan, behalve haar hand waarmede zij giften ronddeelde. Deze relikwie werd bijgezet in de abdij van Sint-Ludgerus in de abdij van Werden. Naamdag 3 December.